Wat hoort niet thuis in hondenvoer?

Je wilt je hond zo veel mogelijk goed hondenvoer geven, maar hoe maak je nu een gezonde keuze? Er staat zo veel in de schappen… Iedere hond heeft natuurlijk zijn eigen voorkeuren en behoeften, en daarnaast zijn er ingrediënten die ter discussie staan. Misschien goed om die eens in je afweging mee te nemen. De etiketten extra bestuderen en even stilstaan bij wat jouw hond nu eigenlijk binnenkrijgt, kan nooit kwaad. 10 ingrediënten die ter discussie staan.

1. Toegevoegde kleurstoffen

Soms worden in diervoeding kunstmatige kleurstoffen gebruikt, zoals E 129 en E 132. Deze staan in mensenvoeding al jaren ter discussie en bij producten met E 129 erin, moet op de verpakking staan: 'Kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden'. Ook zijn gevallen van overgevoeligheid voor de stof bekend. Reden om ook bij je hond te overwegen of je wel wilt dat hij deze E-nummers binnenkrijgt.

2. Dierlijk vet

Dierlijk vet, zoals rundvet, heeft veel smaak en wordt daarom aan het eten voor onze hond toegevoegd. Voedingswaarde heeft het echter niet.

3. Glucosestroop

Glucosestroop is een ander, feitelijk overbodig ingrediënt, zowel in mensen als in dierenvoedsel. Het wordt – net als suiker – toegevoegd omdat het lekker zoet is. Je hond kan zo gewend raken aan die zoete smaak, dat hij ander voedsel niet meer blieft.

4. Volkoren granen

Aardig wat honden zijn allergisch voor volkoren granen en ook hier is de voedingswaarde nihil. Het klinkt gezond, volkoren, maar het wordt slechts als 'vulmiddel' gebruikt in hondenvoer, omdat het goedkoop is. Het eiwitgehalte in voer wordt zo kunstmatig opgevoerd, maar honden zijn van nature geen graaneters, maar vleeseters.

5. E 324/Ethoxyquine

E 324 of ethoxyquine is voor menselijk gebruik verboden, maar het wordt soms wel bij de productie van hondenvoer gebruikt. Daarnaast wordt het ook als pesticide(!) gebruikt. E 324 is een synthetisch antioxydant, maar hoeft niet met naam en toenaam op de verpakking te worden genoemd. Wil je dit ingrediënt vermijden, ga dan voor voer waarvan op de verpakking vermeld staat dat er natuurlijke antioxidanten in zitten.

6. Bijproducten van vlees

Bijproducten van vlees is een breed begrip. In Nederland mogen deze bijproducten alleen in diervoeders gebruikt worden, als ze geschikt zijn geacht door de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA). Vaak gaat het om dingen die mensen niet willen, maar wel zouden kunnen eten, zoals tong en kippennekken. Maar ook placenta's en huiden vallen onder goedgekeurde dierlijke bijproducten. Als dit al in jouw hondenvoer terecht is gekomen, wordt dat niet expliciet vermeld. Misschien toch een reden om dit ingrediënt in de ban te doen.

7. Vlees- en beendermeel

Vlees- en beendermeel is een ander dierlijk bijproduct dat geen voedingswaarde bevat en als 'vulmiddel' wordt gebruikt. Karkassen, hoeven, horens en allerlei soorten vermalen vlees, je weet nooit precies waar vlees- en beendermeel van is gemaakt. Wel moet het gaat ook hier gaan om door de NVWA goedgekeurde ingrediënten. Meer informatie vind je op hun site.

8. Propyleenglycol

Behalve dat propyleenglycol wordt gebruikt als conserveringsmiddel in hondenvoer, doet het ook dienst als… antivries. Het is heel zoet van smaak, en wordt mede om die reden aan hondenvoer toegevoegd.

9. Tarwemeel

De hond heeft zich niet ontwikkeld door tarwemeel te eten en zijn lichaam is ook niet ingesteld op het verteren ervan. Tarwemeel heeft daarom ook geen enkele voedingswaarde voor je hond. Het wordt toegevoegd omdat het veel eiwit bevat en dat krikt de voedingswaarde op het etiket omhoog. Maar je hond heeft er dus niets aan.

10. Tarwegluten

Voor tarwegluten geldt hetzelfde als voor tarwemeel: nul voedingswaarde en slechts gebruikt als vulmiddel.

Waar let jij op bij het kopen van hondenvoer? Laat het ons weten.